Het Onderwijscollectief Voorne-Putten Rozenburg (Onderwijscollectief VPR) is een collectieve samenwerking tussen de samenwerkingsverbanden voor passend primair (voorheen Kindkracht) en voortgezet onderwijs (voorheen VO-VPR). Deze intensieve samenwerking is er sinds een jaar. Onder deze organisatie vallen 58 basisscholen en 15 vo-scholen, allen in de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis, Nissewaard, Westvoorne en in Rotterdam gevestigd.

“Al langer zijn we bezig om goede interactie tussen het primair en het voortgezet onderwijs te krijgen”, vertelt bestuurder Dennis Gerits. “De dingen die we op het primair onderwijs (po) zien en de vragen die er zijn, houden niet ineens op als een kind twaalf of dertien wordt. Om goed met die lijn mee te kunnen lopen ontstond de ambitie om een samenwerkingsverband voor primair én voortgezet onderwijs (vo) te worden.” Sinds het begin van dit schooljaar zijn de oude namen van de samenwerkingsverbanden opgeheven en is er samen een nieuwe start gemaakt onder een nieuwe vlag.

Nu de samenwerking zo hecht is wordt er inhoudelijk flink gesmeed om het onderwijs zo goed mogelijk te laten doorlopen. Gerits: “We bekijken hoe we de aansluiting nog beter kunnen maken en hoe we gebruik kunnen maken van elkaar expertise. We merken dat de expertise er is, maar er wordt soms weinig gebruik van gemaakt.” Dit is onder meer te merken bij leerlingen met extra ondersteuningsvragen die overgaan van po naar vo. “Mensen uit het po gaan meekijken wat er nodig is in het vo, om het onderwijs zo passend mogelijk te realiseren. Ook expertise wordt dan gekoppeld. Dit gebeurde nog maar mondjesmaat. We zijn ermee bezig om te kijken hoe we dit verder kunnen versterken.” Hier liggen volgens Gerits nog meer kansen, bijvoorbeeld in het een tijdje laten meedraaien van elkaars mensen. Het is de wens om die kansen in de nabije toekomst te gaan benutten.

Formeel mogen samenwerkingsverbanden voor po en vo niet fuseren. Onderwijscollectief VPR is een personele unie, waardoor het opereren als een verband toch mogelijk is in de praktijk. Er is één centrale Raad van Toezicht en dezelfde bestuurder, dat is Gerits. “We zitten nu in de afrondende fase van een ondersteuningsplan dat we hebben opgesteld voor het gehele onderwijscollectief”, vertelt hij. “De hoofdstukken lopen door elkaar heen en we stappen dus af van twee aparte ondersteuningsplannen. Het nieuwe plan gaat dus over leerlingen van vier tot achttien jaar oud. We zijn daar heel trots op en we zetten hiermee een belangrijke stap naar de realisatie van onze doelstellingen.”
In dat ondersteuningsplan ligt er een nadruk op duidelijkheid over welke taken er bij de schoolbesturen ligt en welke taken bij het samenwerkingsverband. “En daaropvolgend op de vraag: hoe kunnen we elkaar versterken. Juist de kracht van passend onderwijs is dat het samenwerkingsverband een heel duidelijke rol inneemt in de verbinding naar alle partners om het onderwijs heen”, stelt Gerits. “Het gaat dan om verbinding met de schoolbesturen, de gemeenten of de opvang. “Die rol proberen we goed te vervullen.”

visual vpr

De aanleiding om te fuseren was vooral die inhoud. Daarnaast had het primair onderwijs een onafhankelijke Raad van Toezicht. Dit was nog niet het geval bij het voortgezet onderwijs, maar wel een vurige wens. “Als we toch die beweging gaan maken en tegelijkertijd heel veel kansen zien in het samenwerken binnen het onderwijs, dan pakken we meteen door. Dat was het begin om samen op te trekken.”

Samenwerken
Een samenwerkingsverband maakt het gemakkelijker om die verbinding aan te gaan, merkt Gerits. “Voorheen zaten we steeds met twee samenwerkingsverbanden aan tafel bij dezelfde overleggen. Dat is er nu nog maar één. En we hebben met de schoolbesturen afgesproken dat wij het mandaat hebben om te praten over de aansluiting tussen onderwijs en jeugdhulp. Dus wij zitten aan tafel om die verbinding tot stand te brengen. Dat betekent dat we in een regionaal educatieve agenda wij namens het hele onderwijs praten. Dat maakt een heleboel processen wel een stuk gemakkelijker, omdat niet alle schoolbesturen daar ook nog aan tafel zitten.”
Er is een heel nieuwe ondersteuningsroute opgezet. Dit is gericht op het versterken van de regio, waar de ondersteuning voorheen veel gericht was op een schoolbestuur. Denken vanuit het belang van een schoolbestuur wordt omgebogen naar denken vanuit het belang van de leerlingen in Voorne-Putten en Rozenburg. Voorheen was het swv betrokken bij de voorkant en helemaal aan de achterkant als er een toelaatbaarheidsverklaring moest worden afgegeven. Er werd gewerkt via handelingsgericht integraal arrangeren. “Dat hebben we helemaal opzijgeschoven. We hebben alle orthopedagogen die in dienst waren van schoolbesturen van hen overgenomen. Die hebben we per wijk ingezet in de regio. Daar worden zij laagdrempelig vanuit het swv ingezet. Ze hebben daardoor een goede feeling met de wijk. Op dat niveau zetten wij ze in. Dit leidt tot een preventievere blik, die scholen helpt bij het neerzetten van een zorgstructuur. En ze zijn aan de voorkant bij de casuïstiek betrokken.”

 

Kinderogen

Een belangrijk initiatief is het Pact Kinderogen, dat in Goerree-Overflakkee en in zijn regio is getekend. De gemeenten op Goeree-Overflakkee en Voorne-Putten hebben met de Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs de handen ineengeslagen bij dit PACT. Ook de kinderopvang, het Centrum voor Jeugd en Gezin en het Schoolmaatschappelijk werk zijn hierbij aangesloten. Door ondersteuning (jeugdhulp) op de scholen en in de kinderopvang te brengen, willen zij samen eerder en beter steun kunnen bieden aan die kinderen en hun ouders, die wat extra’s nodig hebben. Dit moet leiden tot gezamenlijke inzet om de verbinding tussen kinderopvang, onderwijs en ondersteuning (jeugdhulp) versterken. Gerits: “Samen met gemeenten hebben we geïnvesteerd in verschillende programmalijnen. Met dat programma proberen we de aansluiting onderwijs en jeugdhulp nog beter te maken.”

Meer daarover is te vinden via www.kinderogenvpg.nl.

 

Instondo

Dit artikel is gepubliceerd in Passend Onderwijs Magazine, van Instondo Uitgevers, editie april 2022.